Turpan is (in 1992) een redelijk authentieke Uigurse stad nog niet overspoeld
door Chinezen en de daarbij behorende architectuur van betonnen blokkendozen.
In feite is het een oase in de (150 m. diepe) hete depressie van Turpan. Het
is er erg heet, maar in de praktijk heb je er weinig last van want het is
een droge hitte en veel binnenplaatsen en trottoirs worden beschaduwd door
druivetrossen.
Al heel vroeger, toen de stad een handelspost aan de zijderoute was, bestond
er een ingenieus irrigatiesysteem waardoor druiven en andere voedingsgewassen
hier konden groeien.
Verder was de stad een belangrijk centrum van het Boeddhisme tot de islam
in de 8e eeuw zijn intrede deed.
Foto onder de Emin Minaret uit 1770.
Foto's daaronder: in de bazar van Turpan.
De "Flaming Mountains" ten oosten van Turpan, op de weg naar de
Bezeklik grotten en de ruïnes van Jiaohe.
Foto links: beeld van een scene uit de Chinese klassieker "Reis naar
het Westen", over de zoektocht van een monnik naar een boeddhistische
sutra. Dit verhaal speelt zich deels in de "Vlammende Bergen" af.